Deze week is het weer de week tegen Pesten zag ik vanmorgen. Ieder jaar wordt aan het begin van het schooljaar weer
extra aandacht besteed aan dit onderwerp en dat is goed! Pesten is en blijft jammer
genoeg namelijk altijd actueel. Iedereen heeft er wel eens mee te maken gehad. Is
het niet als dader of als slachtoffer, dan heb je vast wel eens van dichtbij
meegemaakt dat iemand anders pestgedrag moest ondergaan. Al dan niet grappig
bedoeld, maar zeker niet als zodanig ontvangen. Want dát is het in essentie; De
ontvanger van het gedrag bepaalt of je over zijn of haar grens gaat, niet de
verzender! En ook al is het heel kinderachtig, pesten beperkt zich echt niet
alleen tot het schoolplein. In mijn neventaak als vertrouwenspersoon maak ik zelf
ook regelmatig mee wat pesten met volwassen mensen doet én dat de gevolgen
daarvan soms niet misselijk zijn. Dagelijks ervaren ongeveer een half miljoen
Nederlanders enige vorm van pestgedrag en slepen zich met het lood in de
schoenen naar hun werk.
Ook bij Sem op school wordt wel
eens gepest. Heel soms vang ik tijdens het avondeten zaken op die zich in de
klas af spelen die onder de noemer pesten vallen. Er is één jongetje dat ooit eens
betrapt is op het eten van zijn eigen neustrofeeën en die moet dat nu de hele
dag horen. “Iedereen vindt hem nu vies
pap! En dat is best sneu.” Ik merk aan hem dat hij een soort innerlijke tweestrijd
voert, enerzijds tegen het onrechtvaardige, anderzijds vindt hij snot eten
walgelijk. Ook zijn er in groep 7 al kinderen met een smartphone en bijbehorend
Whatsapp account waardoor voorzichtig de eerste tekenen van cyberpesten ontstaan in de vorm van digitale beledigingen, scheldpartijen en het buitensluiten uit
groepsappjes. “Laatst nog pap! Toen zei *** tegen *** dat hij haar een irritant wijf vond op Whatsapp!” vertelt
hij dan met grote ogen en enigszins rode wangetjes. De ene keer vindt Sem er
wat van, de andere keer gaat het allemaal langs hem heen en haalt hij zijn schouders er voor op.
Sem is volgens mij een te grote lieverd om
een echte pester te zijn. (Ik kan er natuurlijk compleet naast zitten, maar dat hoopt iedere ouder van zijn kind) Ook is het geen jongetje dat snel gepest wordt. “Maar…” vroeg ik hem laatst, “grijp jij wel eens in als anderen gepest
worden?” Want dat is vaak wel een heel lastige. Voor omstanders blijkt het
toch heel moeilijk om in te grijpen terwijl ze dit vaak wel willen, maar uit
angst om zelf gepest (of erger) te worden na laten om te doen. Terwijl toch is
gebleken dat niet wegkijken maar aanspreken wel het meest effectief is om
pestgedrag aan te pakken. Ik zie hem
nadenken. “Soms wel.. als ik het gemeen
of zielig vind.” Hij glimlacht als ik aangeef dat ik dat goed van hem vind.
“Hebben jullie het er in de klas ook al
over gehad?” wil ik weten. Hij kijkt even op van zijn computerscherm en
schudt zijn hoofd. “Vorig jaar met de juf
eventjes.. maar dat helpt toch niet
echt. Er zijn altijd kinderen die blijven pesten pap!”
Als ik dan vanmiddag zie dat de
film Spijt! op Zapp wordt uitgezonden, speciaal voor de week tegen pesten,
vraag ik Sem via de telefoon of hij die voor me wil opnemen. “Wat is dat voor een film dan?!” wil hij
weten. Als je tegen een tienjarige zegt dat hij die film moet kijken
omdat die zo indrukwekkend is, dan wordt zijn interesse niet gewekt, dus zeg ik
dat hij die film alleen mag kijken als hij denkt dat hij het aankan om een
enorm zielige film over pesten op school te kijken. Dat werkt. “Ik neem hem op pap! En ik kijk hem ook wel
even.. Doei!” Nog voordat ik hem kan bedanken
drukt hij de telefoon al weer uit.
Als ik uit mijn werk kom zit hij
op de bank, doodstil, met grote ogen. De film is net afgelopen. “Indrukwekkend he?!” vraag ik hem terwijl
ik naast hem ga zitten en hem op zijn knie klop. Hij slikt een paar keer en knikt
instemmend, niet in staat om enig geluid te produceren. Ik klop hem nog een
keer op zijn knie en gun hem even een momentje.
Even later komt er een gesprek op
gang en gaat het heel even alleen nog maar daar over. Het heeft behoorlijk wat indruk gemaakt. Mijn doel is bereikt. Elke
klas zou die film gewoon eens moeten bekijken. Over pesten praten helpt. Ook
een pest protocol helpt. Maar het voorkomt pesten niet. Soms moet je iets zien,
iets ervaren, iets voelen, om te weten wat het met een ander doet. De film Spijt! doet dat met je. Het maakt je enorm bewust van wat pesten kan doen. Het
maakt je ook (pijnlijk) bewust van de rol die je soms kunt hebben in een groep.
Want wat doe je nu een volgende keer?